Page 12 - HHR-HNR 2.0
P. 12
\u2022 Activiteiten en participatie (N=6/26)\u000DUitvoeren van activiteiten van het dagelijks leven, spreken, eten, drinken, relaties/gezin, economische zelfstandigheid.\u000D\u2022 Omgevingsfactoren (N=3/19)\u000DProducten of benodigdheden voor persoonlijke consumptie (bv. voedsel, medicatie), directe familie, medische professionals.\u000DDit is een beperkte lijst van de problemen die pati\u00EBnten na behandeling van tumoren in het hoofd- halsgebied ondervinden. Voor de uitgebreide lijst wordt verwezen naar de website van het World Health Organization (WHO): http://class.who-fic.nl/browser.aspx?scheme=ICF-nl.cla.\u000D2.4 Gewenste uitkomsten\u000DDe interventies binnen het behandelprogramma vinden plaats op basis van de gestelde behandeldoelen (SMART; specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, tijdgebonden), waarbij in de multidisciplinaire bespreking 1 kerndoel/ hoofddoelstelling wordt geformuleerd. De uitkomst van de interventie bestaat uit de realisatie van deze doelen. De algemene gewenste uitkomst van het behandelprogramma is het verbeteren van het dagelijks functioneren en welzijn, gemeten voor aanvang en na afloop van het revalidatieprogramma door middel van onder andere verschillende kwaliteit van leven vragenlijsten. De uitkomsten van de interventie worden, waar mogelijk, met behulp van valide en betrouwbare meetinstrumenten uitgedrukt in verbetering van het functioneren op de ICF componenten: functies en anatomische eigenschappen, activiteiten en participatie.\u000DAan het einde van de behandeling wordt ge\u00EBvalueerd of de gestelde behandeldoelen zijn behaald. De behandeling wordt afgesloten met een kwaliteit van leven meting en discipline specifieke metingen. De behandelaars en de revalidatiearts evalueren de behandel- en meetresultaten in hun gesprek met de pati\u00EBnt. De uitkomsten van de gesprekken en de metingen worden besproken in het behandelteam tijdens de \u2018eindevaluatie\u2019. De algemene gewenste uitkomst van het behandelprogramma is een verbetering van het dagelijks functioneren en welzijn (gemeten met vragenlijsten/metingen) na afloop van het programma ten opzichte van het begin van het programma. Het streven is om 80% van de gestelde behandeldoelen inclusief kerndoel/ hoofddoelstelling te behalen. (Passchier, Stuiver et al. 2016).\u000D2.5 Zorgvisie\u000DDe revalidatiezorg richt zich vooral op het verminderen en/of voorkomen van de negatieve effecten na de behandeling van een hoofd-halstumor, waardoor het functioneren in het dagelijks leven verbetert. De complexiteit van het geheel vergt een multidisciplinair behandelteam. Het programma is doelgroepgericht en bestaat uit een totaalpakket aan behandelingen, dat is afgestemd op de individuele behoeften en omstandigheden van de pati\u00EBnt. De problemen van de revalidant staan centraal en zijn uitgangspunt voor het opstellen van de (SMART) behandeldoelen. De pati\u00EBnt en zijn/haar naasten worden actief betrokken in het revalidatieproces, beginnend bij besluitvorming rondom de hulpvraag bij de intake en het stellen van de behandeldoelen en resulterend in het zo effectief mogelijk behalen van de gestelde behandeldoelen.\u000DHet team streeft ernaar te voldoen aan de gerechtvaardigde verlangens en wensen van onze pati\u00EBnten leidend tot een verbetering van hun maatschappelijke participatie en autonomie. Er wordt\u000D11\u000D