Page 33 - Reukrevalidatie voor gelaryngectomeerden
P. 33
Verkeerde beweging van de vloeistof 33 Figuur 15: Manometer met verkeerde vloeistofbeweging Het van de patiënt af bewegen van de vloeistof in de manometer (zie figuur 15), veroorzaakt door een retronasale luchtstroom, treedt op wanneer de patiënt de tong omhoog duwt in plaats van naar beneden trekt. Om dit te veranderen moet de patiënt de juiste uitgangspositie van de tong aanleren. Deze uitgangspositie houdt in dat de gehele tong tegen het gehemelte aan geplaatst moet worden en daarbij licht moet worden aangezogen (zie figuur 8). Vanaf die positie moet de gehele tong vervolgens naar beneden worden bewogen. Vrijwel krachteloos moet de tong vanaf de mondbodem weer de uitgangspositie innemen, waarna de beweging opnieuw kan worden uitgevoerd. Organische beperkingen Het komt regelmatig voor dat de vloeistof in de manometer niet goed in beweging komt of dat patiënten niet met de gaap-ruikmethode kunnen ruiken, doordat een of meerdere onderdelen van de methode niet naar behoren worden uitgevoerd. De oorzaak hiervan kan functioneel of organisch zijn. Hieronder volgen enkele aanwijzingen en oefeningen om specifieke onderdelen van de gaap-ruikmethode te verbeteren. Bij functionele problemen kan over het algemeen een beter resultaat worden verwacht van deze oefeningen, dan bij organische beperkingen. Bij organische beperkingen is het vooral belangrijk dat de patiënt leert om, ondanks de beperking, de bewegingen zo goed mogelijk uit te voeren. Eventueel door een en ander te compenseren. Bij iedere patiënt moet steeds opnieuw worden bepaald welke aanwijzingen en oefeningen geschikt zijn en in welke volgorde ze het best kunnen worden aangeboden. Facialis parese Een enkelzijdige aangezichtsverlamming kan onder andere een disfunctie veroorzaken van de spieren rond de mond en van de wangspieren aan één zijde van het gelaat. Hierdoor kan het voor patiënten die met een dergelijke verlamming te maken hebben, lastig zijn om bij de beweging van de mandibula de lippen op elkaar te houden. Voor deze patiënten is het daarom vaak makkelijker om de verfijnde gaap-ruikmethode uit te voeren. Alleen de achterkant van de tong beweegt daarbij, waardoor het makkelijker is om de lipsluiting vast te houden. De basale gaap