Page 64 - HHR-HNR 2.0
P. 64
en depressie voorafgaand en na het doorlopen van een mindfulness training en worden niet vermeld in de richtlijn. Echter, het gebruik van de vragenlijst door Bohlmeijer en collega\u2019s wordt aanbevolen, omdat het een betrouwbaar en sensitief instrument is gebleken (Bohlmeijer, ten Klooster et al. 2011).\u000D5.7.4 Interventies psychosociale problematiek\u000DInterventies in de revalidatiefase zijn voornamelijk gericht op het herwinnen van een optimale mate van autonomie en controle en het integreren van ziekte ervaringen en verlies ervaringen in het dagelijks leven (Van Weezel 2009). De oncologie pati\u00EBnt ervaart in de revalidatiefase vaak angst, onzekerheid, somberheid, wanhoop en aantasting van het gevoel van eigenwaarde en controle (IKNL 2011). Het conflict tussen enerzijds de behoeften en beperkingen van het lichaam met aan de andere kant de eisen van de samenleving is een aanslag op de autonomie van de pati\u00EBnt. Autonomie kan opgevat worden als het vermogen tot autonome handelingen. Zoals de mogelijkheid nieuwe situaties te kunnen hanteren, zelfbewustzijn en gevoeligheid voor anderen die ontwikkeld worden in relatie met anderen waarbij erkenning en veiligheid belangrijke factoren zijn (Bosselaar, Jans et al. 2011). Een voorwaarde om autonoom te kunnen zijn is het erkennen dat persoonlijke mogelijkheden begrensd zijn en dat de omgeving grenzen biedt. Autonomie is binnen die grenzen de kwaliteit bezitten het eigen leven vorm te geven (Ryan and Deci 2000, Tay and Diener 2011). Voor het accepteren van deze nieuwe verhoudingen tussen persoonlijke grenzen en mogelijkheden is het van belang emotioneel te verwerken wat is verloren en nieuwe ervaringen op te doen (Ryan and Deci 2000, Bosselaar, Jans et al. 2011, Tay and Diener 2011). Gerichte psychosociale hulpverlening kan pati\u00EBnten hierbij ondersteunen.\u000DBinnen het Antoni van Leeuwenhoek worden interventies, betreffende psychosociale problematiek, voorafgaand, gedurende en na afloop van de kankerbehandeling aangeboden. De psychiatrisch consultatief verpleegkundige, de maatschappelijk werkers, de creatief therapeute en activiteitenbegeleiders leveren binnen de hoofd-halsrevalidatie hieraan een bijdrage.\u000D5.7.4.1 Maatschappelijk werk en de psychiatrisch consultatief verpleegkundige\u000DDe verschillende domeinen die in de Lastmeter naar voren komen worden binnen de diagnostiek en interventies van de maatschappelijk werker en psychiatrisch verpleegkundige meegenomen. Hieronder volgen de domeinen waarin zich problematiek kan manifesteren:\u000D- Praktische problemen\u000D- Gezins- / sociale problemen\u000D- Emotionele problemen\u000D- Religieuze / spirituele problemen\u000D- Lichamelijke problemen\u000DDe volgende interventies om de psychosociale problematiek van de pati\u00EBnt te verminderen worden aangeboden.\u000D- Psycho-educatie\u000D- Contextuele therapie\u000D- Counseling bij terugkeer naar werk\u000D- Counseling: relaties, seksualiteit en intimiteit\u000D- Mindfulness\u000D63\u000D